Wie denkt er na over kruisbesmetting? Als je een horecaopleiding hebt gevolgd dan weet je waar je op moet letten. Als je op jezelf gaat wonen en aangewezen bent om zelf te koken, dan kunnen er nog weleens wat beginnersfoutjes optreden. Dan heb ik het niet over aangebrande aardappels -hoewel dat heel erg kan stinken- maar meer over hoe je de zaken aanpakt. Letterlijk. Sommigen prikken in een stuk rauw vlees en laten deze de pan in glijden om te bakken en na het bakken prikken ze met dezelfde vork in het stuk vlees op het bord. Dat scheelt weer afwas, maar het kan ook een stukje gezondheid schelen. Je kunt ziek worden van bacteriën die op rauw vlees zitten. Iedereen kent het klassieke voorbeeld van kip dat aan het ontdooien is in de koelkast. Als dat vocht over andere producten heen komt, dan kun je van die andere producten erg ziek worden, zeker als dat producten zijn die rauw worden gegeten. We gaan er niet vanuit dat er open bakjes etenswaren in de koelkast staan, maar toch zijn er mensen die niet alles goed afdekken. Een druppeltje zit in een klein hoekje…
Maar heb je ook weleens aan de keukenla gedacht, wat voor kruisbesmetting daar allemaal kan optreden? Een blikopener die in contact is geweest met de tonijn in het blik en vervolgens gezellig naast een steakmes wordt gelegd. Dat mes wordt als “schoon” gezien terwijl er in werkelijkheid een overdaad aan bacteriën krioelt door de kruisbesmetting. Of een snijplank die eerst voor rauw vlees wordt gebruikt en waar daarna groenten voor een rauwkostsalade op wordt gesneden… voorbeelden te over. En zeker in de eigen keuken zoals je handen niet goed wassen nadat je aan rauw vlees zat en afdrogen aan de handdoek die je nog een week laat hangen… Maar soms denk je er helemaal niet aan en koop je een blikje frisdrank bij een snackbar en zet die meteen aan je lippen. Het is maar goed dat je niet gezien hebt wie dat blikje allemaal vast heeft gepakt. Nog even over die andere schoonmaaktermen. Als een schoonmaker zegt dat hij gaat strippen dan zou je iets anders in gedachten kunnen hebben dan de schoonmaker. De schoonmaker haalt dan de beschermlaag van de vloer en jij als lezer, nou ja, waarschijnlijk is jouw geest nu even geprikkeld. En dan niet geprikkeld in de zin van boos zoals de maandagochtendblues.
Verder houdt de schoonmaker ook heel erg van moppen. Geen schuine moppen, nee, het moppen als werkwoord in de zin van dweilen. En zo zijn er legio voorbeelden van schoonmaaktermen.