Je moet als mot zijnde wel ballen hebben, want wie durft er zomaar gaatjes in de kleding te maken? Jaren geleden was er een probaat middel en werden ze frequent gebruikt: de mottenballen. Sommige mensen gebruiken ze nog steeds maar ze geven een herkenbare en voor velen niet zo fijne geur af. Mottenballen zijn kleine witte balletjes en ze zijn giftig. Je legt ze in de kledingkast om je kleding te beschermen tegen de gaatjes die motten veroorzaken. Waar komt de naam mottenballen vandaan? Vroeger bestonden mottenballen uit de stof kamfer, ze werden gerold uit het hars van de kamferboom; tegenwoordig worden ze gemaakt van paradichloorbenzeen. Leuk puzzelwoord.
Er wordt ook etherische olie gemaakt van kamfer. Luizen en insecten kun je ook weren met deze geur, heel wat jaren geleden droegen mensen kamferballetjes in kettingen hiertegen. Er werd nog een andere stof gevonden welke mottenwerend was, namelijk naftaleen of naphtaleen. Dit was echter nog penetranter en giftiger dan kamfer dus deze stof heeft het uiteindelijk moeten afleggen, evenals de goede oude mottenballen van kamfer omdat deze ook giftig zijn in zeer grote hoeveelheden. In de Verenigde Staten is in 1980 een bovengrens van maximaal 11% kamfer in consumentenartikelen gesteld, dus dit betekende het einde van de mottenballen zoals iedereen deze jaren gekend heeft. Natuurlijk ging de industrie direct op zoek naar vervangers en kwam zo bij de para-dichloorbenzeen ballen uit. Deze werden geurballen genoemd. Helaas is para-dichloorbenzeen slecht afbreekbaar en dus niet goed voor het milieu, maar ook zijn er gezondheidsrisico’s aan de stof verbonden. Er zijn momenteel allerlei goede vervangers verkrijgbaar voor de ouderwetse mottenbal, welke gemaakt zijn van kruiden waaronder o.a. kruidnagel, lavendel, patchouli in zakjes of een aantal etherische oliën in blokjes was, welke langzaam verdampen of cederhouten hangers met een lagere concentratie kamferolie. Er zijn nog steeds producten verkrijgbaar die verkocht worden als mottenballen, bijvoorbeeld de geurloze mottenballen op basis van Transfluthrin, maar dat is een giftige stof (erg toxisch voor o.a. vissen) en waarom gif gebruiken als de motten ook op natuurlijke wijze geweerd kunnen worden.
Om dieren of insecten uit je huis te weren is het verstandig om ze eerst te leren kennen. Er zijn namelijk meer soorten motten en ze zitten niet alleen in kledingkasten. Er is een kleermot, een pelsmot en een bruine huismot en de larven hiervan eten van alles zoals meel, granen, kurk, zaden, dode muizen, vogels, kortom: ze zijn dol op van alles en kunnen ook leven in spouwmuren, vooral in oudere huizen zijn deze goed bereikbaar via allerlei kieren en gaten. Mochten ze geen eten meer kunnen vinden dan zijn de buren dichtbij. De motten leggen ongeveer 200 eitjes welke na 8 tot 12 dagen uitkomen en de larven verpoppen zich en doen zich tegoed aan alles wat ze lekker vinden. Zodra je een mot ziet dien je meteen actie te ondernemen (mot dat nou? Ja!) want motten leggen snel eitjes en deze larven voeden zich graag. Voor je het weet kun je een nieuwe garderobe kopen, maar dat niet alleen, ze tasten ook kleden, kussens, gordijnen en vloerbedekking aan. De natuurlijke stoffen lusten ze graag; polyester kleding laten ze voor wat het is. Proteïne houdende vezels, zoals wol, leer, bont en veren zijn hierbij het aantrekkelijkst. Textiel bestaande uit plantaardige vezels (katoen, linnen) of uit synthetische vezels, bevatten geen eiwitten en zijn niet geschikt als voedingsbron. Als je gaatjes ontdekt in katoenen kleding dan zijn zilvervisjes waarschijnlijk de boosdoeners. Kijk ook even uit met tweedehands kleding kopen, voordat deze in de kast gehangen wordt eerst checken op eitjes en goed wassen. Door de motregen lopen met je nieuwe tweedehands wollen jas is geen oplossing; de jas dient eerst goed gewassen te worden. Als je motten in het tapijt vindt kun je ze bestrijden door het tapijt met azijn en water (gelijke delen) te behandelen. Het ligt voor de hand om de kleding regelmatig te wassen en dan het liefst op 60 graden; katoen kan hiertegen, wol echter niet. Wollen truien kun je bijvoorbeeld zomers bewaren door ze in een plastic zak te stoppen en goed af te sluiten. Kleding (en leren schoenen en leren tassen) welke je minder vaak draagt kun je het beste ook op die manier opbergen of afscheid van nemen. Het is best prettig om weer wat lucht in de kledingkast te hebben.